De in zijn tijd immens populaire operacomponist Gioacchino Rossini (1792-1868), voornamelijk bekend van zijn grappige en virtuoze opera’s, veroorzaakte laat in zijn leven veel opwinding door met een mis tevoorschijn te komen: de Petite Messe Solennelle (1863). Niet alleen had hij in de jaren daarvoor heel weinig meer gecomponeerd, ook het genre en de bezetting waren een totale verrassing. het moest worden uitgevoerd door een twaalf-koppig koor, vier solisten, twee piano’s en harmonium!
Die aparte klankkleur en de door Rossini gebezigde eigenlijk vrij wereldse schrijfstijl, die totaal niets gemeen had met oudere liturgische muziek, maakte het stuk vanaf het begin geliefd bij een groot publiek. Rossini zelf noemde zijn Petite Messe Solennelle spottend een ‘ouderdomszonde’, maar wij weten beter: het is niet voor niets al ruim150 jaar het lievelingswerk van talloze koorliefhebbers.